The Real Deal Delhi en Lijkverbrandingen in Varanasi
The Real Deal Delhi en Lijkverbrandingen in Varanasi
Lief thuisfront!
Lumbini, Nepal - Eergisterochtend liepen we met onze backpack op de rug India uit en staken we te voet de Nepalese grens over. Good Bye India, Hello Nepal. Graag wil ik jullie mijn laatste tijd in India niet ontnemen.
Delhi (28 februari tm 4 maart) - We waren gewaarschuwd, behoed en tegengehouden naar deze stad te gaan. Het zou hier vies, chaotisch en verschrikkelijk zijn. Delhi achter de rug hebbende kan ik al deze (goedbedoelde) waarschuwingen in de wind slaan. Delhi is top! Tenminste... Als je het er zelf naar maakt (en al 7 weken India gewend bent).
Old Delhi - Dit is de créme-de-la-créme. Het India der India's. The Real Deal. De bazaren van Old Delhi zijn zoals je verwacht. Het prototype beeld van India. Duizenden mensen die als krioelende miertjes door kleine kronkelentje straatjes bewegen. Tel daar bij op een paar duizend motors, scooters, fietsters, rickshaws, koeien, wagens, schoolkinderen, straatkinderen, bedelaars en alles wat ik nog vergeten ben en je hebt Old Delhi. Je bent constant bezig met manouvreren om mensen en het ontwijken van verkeer dat zonder pardon je van je sokken rijdt. Daarnaast wordt je overspoeld door de kleuren van prachtige doeken van de stoffenbazaar of de blinkertjes van juweliers, overprikkeld door de geuren van de Spice-Market (die iedereen die spontaan aan het hoesten en proesten brengt), die voor je het weet overgaan in de geuren van de parfumolie's of noten die verkocht worden. De plotselinge interrupties van geur door plas, poep, bergen afval en openriolen zal ik voor de eerlijkheid er ook bijvermelden.
Een ander hoogtepunt was ons bezoek aan de Lotus Tempel. Een Bahai tempel, die bedoeld is als meditatie en gebedsplek voor alle mensen ongeacht religie of herkoms. Het bijbehorende museum was daarbij erg interessant. Gezien Ischa's familie veel relaties heeft met het Bahai geloof en ik er erg weinig van wist was het super interessant er wat meer van te leren. Ik heb sinds die dag een beter begrip van wat het inhoud.
Verdere uitstapjes waren naar het oude moslim dorp Qutab Minar, de Jama Masjid, (moskee die ruimte heeft voor 25000 mensen), de Gandhi Memorial (waar hij gecremeerd is) en National Delhi Zoo. Delhi is the real india. Niet altijd leuk, maar wel mooi en indrukwekkend.
Agra (4 + 5 maart) - Ons bezoek hier had één reden: De Taj Mahal. En ja, hij is ECHT heel erg mooi. Een kleine noot: Helaas moet ik bekennen dat ik de geheugenkaart van de camera in de laptop had laten zitten. (De 3 foto's zijn die van het interngeheugen van de camera). En Nee, Ischa was not amused (oeps..).
Varansi (6 tm 9 maart) - De oude stad is een wir war van kleine steegjes en straatjes vol koeien (en koeienpoep!). Die avond hebben we het grootschalige avondritueel aan de rivier bijgewoond, wat heel erg mooi was. De magie van deze stad is moeilijk te omschrijven. Varanasi is voor de Hindu's de meeste heilige stad van India door ligging aan de rivier de Ganges.
7 maart was de dag vóór Holi. Het wereldbekende Hindu festival met het gekleurde poeder en water. Touristen waren deze pré-feestdag dag het doelwit van de waterbalonnen gevuld met (onuitwasbaar) gekleurd water. Wat resulteerde in het onsuccesvol ontwijken van een ballon. Een voltreffer op mijn hoofd met groen water maakte mijn humeur verre van zonnig. Holi zelf is in India een grote feestdag. Helaas is Varanasi één van de weinige plekken waar de jonge Indiase mannen deze dag aangrijpen om zichzelf ongeremd vol te gieten met alcohol. Vrouwelijke touristen wordt sterk afgeraden de straat op te gaan... Maar op onze rooftop werd het festival ook gevierd met muziek en de vrienden van de guest hosue eigennaar die compleet los gingen terwijl over en weer gegooid werd met emmers gekleurd water en poeder. Ik heb vanaf veilige afstand toegekeken.
Sarnath (9 maart) - De laatste dag van ons verblijf. Deze dag heb ik zonder Isch een dagtripje gemaakt naar Sarnath, één van de 4 Buddhistische pelgrim plaatsen. Hier gaf de Boeddha zijn eerste ondericht (de vier nobele waarheden). De plek vond ik helaas weinig spirituele sfeer hebben. Dit werd gecompenseerd door een hele leuke ontmoeting met een monnik die in de achtertuin woont van een nabijgelgen stupa. Welke gebouwd was door volgelingen van rinpoche Dilgo Kyentse. Hij was een belangrijke leraar van mijn eigen boeddhistische leraar de Sakyong. Ik werd binnen bij de monnik uitgenodigd voor een glaasje cola en koekjes en heb leuk gepraat heb over het boeddhisme.
Het proces van Lijkverbranding- Het meest indrukwekkende van mijn verblijf in Varanasi is toch wel het proces van lijkverbranding. Aan de Ganges grenzen twee Burning Ghats. Hindu's geloven dat als men hier gecremeerd wordt de cirkel van hergeboorte doorbroken wordt en men naar de hemel gaat. Van heinen en ver (soms duizenende kilometers) komen mensen hier heen om hen geliefde te cremeren of om te sterven. Op de grote burning ghat worden 24 uur per dag ruim 200 lichamen verbrand. Dit gebeurt in de openlucht, toegankelijk voor iedereen. Daar zag ik dan op een paar meter afstand van mij vandaan mensen gecremeerd worden op een grote stapel hout.
We hebben heel wat uren doorgebracht bij deze Ghats. Het was erg indrukwekkend het hele ritueel te zien. De mannen van de familie dragen het lichaam van hun geliefde persoonlijk in processie door de straten van Varanasi. Bij aanvang wordt het lichaam ondergedompeld in de Ganges. De dichtsbijzijnde man van de overledene wordt kaalgeschoren en verwisselt zijn normale kleding voor witte doeken. Daarna steekt hij eigenhandig het vuur aan. Na ongeveer twee uur rest er alleen nog as en volgt naar mijn mening het mooiste afsluitingsonderdeel wat mij meerdere keren geraakt heeft. Hierbij werpt de man in het wit een kruik water over zijn schouder om het vuur te doven, waarna hij weg loopt en niet meer om kijkt.
Dit volk staat compleet anders tegenover het concept van de dood dan bij ons. Het is hier naar mijn gevoel meer een geaccepteerd onderdeel van het leven. Ik dacht dat ik het best eng zou vinden om dit alles te zien, maar door de toeweiding van deze mensen werd het opeens iets best normaals. Dat is de realiteit, niet meer en minder. 24 uur per dag, 7 dagen in de week. Waar soms door de drukte families met het lichaam soms letterlijk in de rij staan tot het hen beurt is hun ceremonie uit te voeren.
De rivier is erg speciaal (en zag er trouwens best schoon uit!). Tijdens zonsopgang hebben we vanuit een bootje gezien hoe mensen hun dagelijkse ochtend rituelen uitvoeren. Er wordt gezommen, gebeden, gewassen, cricket gespeeld en het water wordt gedronken (!), soms letterlijk een aantal meter naast de Burning Ghat (waar traditioneel een het niet verbrande lichamelijke overschot te water worden gelaten). Ik kan niets anders zeggen dat Varanasi opmerkelijk bizar en erg magisch is. Misschien wel de aller speciaalste plek waar ik in India ben geweest en een prachtig eindstation van onze reis door India.
'India, You Love It or You Hate it', maar zo zwart-wit is het niet. Het is een prachtig land met een rijke cultuur en adembenemende natuur. Zo anders dan onze Westerse leefwereld. Ik voel mij ontzettend gelukkig dat ik in dit land heb mogen reizen en het heeft als effect gehad dat ik mijn (luxe)leven in Nederland veel meer ben gaan waarderen. Het was super, maar echt niet altijd makkelijk... Mijn geduld en stressbestendigheid zijn vaak goed op te proefgesteld in dit chaotisch land. Ze zeggen ook wel eens over India: 'Go with the flow or drown in the current'.Maar Ik heb het overleefd en ik had het voor geen goud willen missen!!
De foto's volgen snel ...
xxx Dasha
Festival, Bhang Lassi en Kamelen
Lieve iedereen,
Voor de foto's bij dit verhaal zie de website van ischa :(helaas werkt de hyperlink functie nu niet)
http://ischa.reismee.nl/fotos/111359/india-rajasthan/ (je kan deze link kopiëren in je internet browser)
Varanasi - Het is alweer een tijde geleden dat ik wat geschreven heb. We zijn zojuist na de nachttrein vanuit Agra aangekomen in de Heilige stad Varanasi. Ik hervat mijn verhaal vanaf Pushkar:
Pushkar (19 tm 23 februari) - Na Jaipur (zie vorige blog) zijn we doorgereisd naar Pushkar. Een laid-back dorp. De oude hippies en nieuwe alternatievelingen, waarvan ik mij afvroeg waar ze waren toen ik in Goa was, zijn hier blijkbaar allemaal neergestreken. We hadden geboekt bij een super schattige homestay: Cha Cha's Garden. Gerund door een Indiase man en een Engelse vrouw. Zij hebben twee beeldschone kindjes Siddhi (9 mnd) en Vin (3.5jr). De ontmoeting met dit gezinnetje maakte indruk op mij. Hoe de in Engeland opgegroeide en opgeleide vrouw nu in Sari rond liep en Hindi sprak met haar personeel. Het deed mij gelijk denken aan programma's als 'Liefde kent geen grenzen' en 'All you need is love'. Het kost wat, je westerse gewenning op geven voor het leven in het Indiase Puskhar. Ik zou dat denk ik niet kunnen...
We hadden geluk! We waren in Pushkar tijdens het Indiase fesitval Shivatri, de verjaardagsvierig van de Hindu God Shiva. We genoten van een bonte optocht door de straatjes van Puskar. Praalwagens vol dansende mensen en kinderen, geluidsboxen, versierde olifanten, drumbands, Indiase fanfares, bloemenwagentjes waar kinderen handen vol oranje bloemetjes gooiden richting toeschouwer en feestganger, met als toppunt een man verkleed als de blauwgekleurde Shiva. Het was een kleurvol schouwspel. Indiërs weten hoe ze moeten feesten! Ik heb vooral genoten van de mannen, zowel tieners en volwassenen die compleet met de Grote 'C' los gaan op de Indiase muziek. Werkelijk, Awakenings Festival (een bekend dansfeest) is er niets bij. Ze dansen, springen, klappen, breedlachend met het zweet op het voorhoofd. Dit aanzicht maakte mij ontzettend vrolijk.
Pushkar is gemoedelijk. Een mix van relaxte locals, oude hippies, motorbikers, backpackers en velen Hindu's die van buiten Pushkar komen voor het Pushkar meer. Dit meer, temidden van de stad, is een pelgrimsoord voor de Hindu's en velen komen hier heen voor een heilig badderritueel en offering. Touristen worden ook aangesproken om een offering te komen doen. In de Lonely Planet lazen wij al dat dit niet kosteloos is en dat er een donaties wordt gevraagd. Zo ook kregen wij een schaal met offeringen in ons hand gedrukt (die o.a. bestond uit bloemen, rijst, suiker, gekleurd poeder en een geluksbadje- die ook wel het Puskar Passport wordt genoemd). We waren een beetje terughoudend. Maar onder het mom van: 'Holi place. No money, Only donation if you like' werden we gescheiden en ik werd meegenomen door een jongen van de Brahma kaste (priester kaste) naar de rand van het meer. Er werd uitgelegd dat deze plek heilig was en dat dit een 'karma' moment was voor geluk en bezinning. De offering werd uitgelegd en door mij uitgevoerd. Met een brede glimlach werd vervolgens een donatie van 1000 ruppee gevraagd (= ongeveer gelijk aan onze daguitgave). Ik keek de jongen vol ongeloof aan en zei dat dat teveel was en dat ik met Ischa wilde overleggen. Met dezelfde glimlach werd verteld dat dit karmatijd is en dat je dan alleen moet beslissen. Dit ritueel bracht geluk voor jouw en zijn familie- en 500 ruppee zou ook goed zijn.
Dit was the turning point. Ik vind het werkelijk verschrikkelijk dat mensen zoals deze jongen zich achter hun geloof verschuilen om geld af te troggelen van touristen. Ik weigerde geld te geven en zei dat ik terug wilde naar Ischa. Ischa's priesterman was iets vriendelijker en zei dat we zelf konden belissen welke donatie we deden. 200 ruppee was meer dan voldoende vonden wij. Tot nu heb ik nog steeds een bittere nasmaak als ik terug denk aan deze 'heilige offering'. Ik vind een donatie doen niet erg, maar de manier waarop een heilig karmamoment in relatie wordt gebracht met geld (veel geld) heeft niets meer te maken met de Hindu religie. Religie gebruiken als wapen vind ik erg kwalijk. Helaas gebeuren deze dingen hier wel dagelijks...
Jodhpur (23 tm 25 februari) - Na Pushkar boekten we een private bus naar Jodphur (die uiteraard gewoon een crowded local bus bleek te zijn ;-), India-oh-India, maar ja zelfs die irritatie went). Jodphur, de blauwe stad. En blauw dat is het echt! Vanaf ons roof-top restaurant van het Guest House hadden we een betoverend uitzicht over de blauwe huisjes. In een vogelvlucht enkele hoogte punten van ons verblijf. Het bezoek aan het Jodhpur Fort! Vergezeld door De Koreaan 'Jimmy' (Of Jim Lei of iets in die richting) hebben we het fort van de oude Maharaja (Indiase Jodhpur Koning) verkend wat ongelooflijk mooi was met als kers op de taart het uitzicht over de blauwe stad! Zie de foto's, dan begrijpen jullie waar ik het over heb. Twee andere hoogte punten van ander kalieber waren het bezoek aan de Omelette Man! Een oud mannetje die per dag 1500 eieren gebruikt om al zijn klanten te voorzien van de meeste lekkere omeletten! Epic! Met als toetje een ongekend lekkere Safraan Lassi bij een van de bekendere lassi tenten in de staat (misschien wel India). Lassi is een typische Indiase zuivel drank die bestaat in elke variant. Die bij deze tent zo dik was, dat je een lepel nodig had om hem op te eten! Een smaakexplosie van melk, yogurt, limoen, vanille, safraan. Van mij mogen ze een lassitent openen op de Dam!
Jaisalmer (26 tm 29 februari) - Deze kleine woestijnstad heeft iets magisch. Het is voor India hier heerlijk rustig. Op de eerste dag in deze stad hebben we een bezoek gebracht aan de Government Approved Bhang Shop. We zouden geen echte Amsterdammers zijn om deze over te slaan. Bhang is vergelijkbaar met marihuana, maar dan een lichtere en uitsluitend natuurlijk bewerkte variant. In de reisgids stond dat dit dé veilige plek is om dit, nationaal beroemde drankje, te proberen. Vele locals drinken, roken of eten dagelijks Bhang. Het is gelegaliseerd, voornamelijk omdat mensen uit de Hindu priesters kaste en de Baba's (spirituele mannen) dit regelmatig nemen. Het wordt gezien als een manier om in contact te komen met het Goddelijke. We werden warm onthaalt door een hele aardige vent, beter bekend als Dr. Bhang. Deze Bhang Shop heeft alle smaken Lassi's, koekjes en snoepjes met- of zonder Bhang. Zijn familie runt deze zaak al meer dan 36 jaar en zijn expert op dit gebied. En inderdaad, we hebben ons daarna wel een beetje relaxt en ontspannen gevoeld.. ;-)
Om 06.15 warm aangekleed en met een klein rugzakje op de rug stappen we de Jeep in. Ischa en ik zijn vergezeld door een Deens koppel van 20 jaar. Onze driver start de jeep. Langzaam zien we de geelbakstenen huisjes verdwijnen en overgaan in zand en struiken hier en daar. We laten de woestijnstad achter ons en komen tijdens de zonsopgang aan op de plek waar onze kamelen op ons wachten! Want jawel! Dat was dé reden van onze tocht naar Jaisalmer: Kamelen Safari! Na een Chai klaargemaakt door onze twee gidsen Punja en Somu bestijgen we ons nieuwe transportmiddel. De Thar-Woestijn is geen Sahara (wij verwachtte dus geen uitgestrekt zandduinlandschap). Toch is ook deze woestijn een echte woestijn! Na twee uur houden we een lange stop midden in het droge landschap, waar toch een aantal zandheuvels te vinden zijn. We hebben het erg naar ons zin samen met Marie-Anne en Tobias, waar we het erg goed mee konden vinden. Daar hadden we het ontzettend mee getroffen. Na drie uur bestijgen we de kamelen weer. Iets minder enthousiast deze keer, want kameelrijden doet PIJN! (vooral de rek in je liezen). Na een wat vermoeiende rit kwamen we aan bij een verzameling hogere zandduinen (toch beetje van het soort Sahara) en genoten we van de prachtige zonsondergang gevolgd door een heerlijke woestijnmaaltijd rondom het kampvuur. Die avond sliepen Isch en ik onder drie dikke dekens onder een prachtige sterrenhemel. Zo mooi en helder. Zo een hemel die je in Nederland never noooit vindt...
Er is nog zo veel meer te vertellen.. Maar om leesbaarheid van deze lappen tekst nog een beetje behapbaar te maken houd ik op voor nu. Binnen een paar daagjes volgt part II, waaronder Delhi, Agra en Varanasi - onze laatste stop in India. Over een paar dagen is het tijd voor ons volgende land: Nepal. Ik beloof over een paar daagjes volgt meer!
Voor foto's bij dit verhaal zie deze ischa's website:
http://ischa.reismee.nl/fotos/111359/india-rajasthan/
Liefs en een dikke kus
Vele gezichten
Hoi lieve allemaal,
(Voor foto's bij dit verhaal drukHIER).
Pushkar - Ik houd er soms stiekem van om in het middelpunt te staan, vandaar mijn liefde voor toneelspelen. Een zaal vol met mensen die komen om een theaterstuk te zien wat ik opvoer, daar kan ik best een beetje van genieten. Een vies, druk, chaotisch station, niet wetend waar je heen moet, heen en weer lopend met een volle backpack op de rug en ondertussen aangestaard worden door minstens 80 paar ogen valt helaas niet in deze categorie. Ongegeneerd staren is hier doodnormaal en dan niet even. Nee gewoon 10 minuten, al dan niet een uur lang. Dit overkwam ons in Manmad. Na 18 uur in de trein van Hampi opweg naar de stad Aurangabad was onze laatste overstap op het station van Manmad. 'Just 35 minutes by train and you will be in Aurangabad', had de travel agent ons beloofd. Het verliep wat anders. Manmad is werkelijk de naarste plek waar ik in india ben geweest. Mensen zijn niet gewend aan touristen. Vieze gebouwen in slechte staat, arme mensen, opdringerige kinderen die vragen om 'coins of your currency' en blijven aandringen als je zegt dat je die niet hebt, bedelaars die een oog missen of een misvorming hebben aan ledematen, naakte kindjes die poepen op straat, onvriendelijk kijkende mensen, moeders met bevuilde kinderen die smeken om ruppees. Dit is dus ook India. Dat wist ik wel, maar ik zag het nu zelf. Echt arme mensen. Een arme stad. Chaos, ongeregeld en vies. Zo zijn de plekken waar geen touristen komen. Het was schokkend om te zien. Op het moment zelf deed het mij nog minder dan gedacht. Je ziet het, kijkt en beseft dat dit de realiteit is. Maar wat kan ik, 1 mens daar aan doen? Achteraf deed het meer. Soms 's avonds in bed schieten die beelden van dat straatbeeld nog wel eens door mijn hoofd. India blijft een derde wereld land.
De eerste trein ging pas over 4 uur. Daar stonden we dan. Met het uur werd het schemeriger en de sfeer wat grimmiger. En voor de eerste keer dat ik mij afvroeg waarom ik India had gekozen als mijn eerste backpack land. Geen borden, onduidelijk hoe laat en vanaf waar de trein naar Aurangabad vertrok. Het gestaar van de menigte niet te vergeten. We werden meer en meer in de war gebracht door tegenstrijdige verhalen van locals die geen engels spraken. We hoorden wel 10 verschillende verhalen. Er arriveerde een volgeladen trein. Moesten we deze in of niet? De chaos en gebrek aan informatio had ons van ons stuk gebracht en we hadden geen idee wat we moesten. De tranen prikten achter mijn ogen. We wilden weg uit dit hol en zo snel mogelijk ook. Gelukkig werden we opgemerkt door twee Indiase heren. Engels sprekent, verzorgd gekleed die ons geruststelde en een stoel naast hen met liefde deelde met ons. Na vier hectische uren konden we eindelijk op adem komen. Dit was de goede trein en binnen 2 uur zouden we in Aurangabad zijn. We waren gered en kletste de hele weg met de heren.
Aurangabad (11-02 tm 15-02) Over Aurangabad verder ook weinig goeds. We waren vooraf door mede-backpackers al gewaarschuwd dat deze stad eveneens een 'shit-hole' (excuus voor het taalgebruik) was. Het hotel dat we vonden was echter fijn. De deur achter ons dichtgetrokken merkte wij niets van de vieze en drukke stad. We vonden een retaurant in de buurt met perfecte service en het meest lekkere eten dat wij tot nu toe gegeten hadden. Ja, India is een land vol contrasten. We waren naar Aurangabad gekomen voor twee redenen. De Ellora- en Ajanta Caves. Na een rustdag gingen we de volgene dag opweg naar Ellora. Deze grotten zijn uniek in hun soort. Ellora bestaat uit 2km uitgerekte rotswand waar 1500 jaar geleden respectief Boeddhistische monikken, Hindu's en Jains tempels hebben beeldgehouwen op verschillende plekken in de rots. Ongelofelijk om te zien. Na 36 grotten waren we moe en aan het einde van ons Latijn (vooral Ischa die last had van zijn buik ;-).. Maar het was prachtig. Tot onze verrassing overtrof onze trip naar Ajanta de volgende dag al onze verwachtingen. De uitsluitend boeddhistische grotten die dateren van 2000 jaar geleden waren nog mooier dan die van Ellora. Anders dan wat we eerder hadden gezien waren deze grotten versierd met boeddhistische fresco's die zeer goed bewaard zijn gebleven. Aurangabad was vies en de uitlaatgassen benauwend, maar naar mijn mening de ervaring waard. Deze grotten zal ik niet snel vergeten.
Na 4 dagen Aurangabad was het tijd voor een lange treinreis naar het Noorden. Rajasthan was onze volgende staat op de planning. 'Het land van de Maharaja's (Indiase Koningen)'. Maar eerst moesten we daarvoor een treinreis afleggen van ongeveer 30 uur. In India ligt helaas niets om de hoek. Reizen per trein doen we vaak per 'sleeper class'. Tweede klas slaapcoupe's. Ze zijn opgedeeld in 8 (opklapbare) bedden per deel. (Zie foto voor een idee). We hadden twee bedden boven elkaar. Het onderste bed is opklapbaar zodat je gedurende dag kan zitten op twee stoelen. We waren al in sleepers geweest en deze waren prima en bovenal goedkoop. Voor een reis als deze betaal je zo'n €4 euro per persoon. De trein bestaat uit meerdere wagons. Respectief Second Sitting, Sleeper, AC3, AC2, AC1 (AC = Air Conditioning). De Sleeper is behalve de prijs, ook de ervaring waard. Hier zit je samen met gemiddelde Indiase gezinnen. Tijdens eerdere ervaringen altijd vergezeld door mensen die met je willen praten en al het eten wat ze hebben met liefde met je delen. En ik kan je vertellen dat is veel eten. Indiërs eten de hele dag door. Rijst, Curries, bananen, caké, nootjes, koekjes en andere zoetigheden. Eten afwijzen is bijna onmogelijk, ze staan er op dat je het aanneemt. Als vreemdeling wordt je gastvrij in de watten gelegd.
Nu dus weer een Sleeper geboekt. Maar deze Sleeper Coupé was anders dan anders. Met andere woorden: weerzienwekkend smerig! Na 6 weken zijn we wel wat gewend, maar van deze sleeper kreeg ik serieus de kriebels. Overal waar ik keek op de grond en muren kakkerlakken (wel van het kleine soort) en ik spotte zelfs een muis. De bedjes en muren waren duidelijk zwaar vervuild. Ik slikte. Dit was ons onderkomen voor de komende 30 uur. Onze medepassagiers in onze cabine spraken geen Engels en keken niet erg vriendelijk. Hadden wij weer. Een lange trein met zeker 20 wagons en wij zaten in deze. Nee, dit was niet helemaal zoals verwacht. Nadat ik twee uur geobsedeerd het gedrag van de kruipende beestjes had geobserveerd kwam ik tot inzicht dat er niets aan te doen was en ze geen kwaad deden. Isch en ik kropen in onze lakenzakken en trokken ze ver over ons hoofd heen. Verstand op nul en slapen. Een lichtpuntje was wel de ontmoeting met Abhay , een local die ons vanaf ons vertrek van het station onder zijn hoede nam en ons wegwijs maakte in de trein en ongevraagd ons avondeten en ontbijt kwam brengen. Hij kwam zelfs een aantal keer spontaan checken of alles goed ging. Elke keer dat we vervelende ervaringen hebben gehad zijn we lief verzorgd door iemand die ons opmerkte. Dat is elke keer weer een geruststelleng gevoel. Zoal ik al zei, India en haar mensen heeft vele gezichten.
Jaipur - (16-02 tm 19-02) Na een lange vermoeiende reis in onze horror wagon kwamen we aan in Jaipur. De hoofdstad van Rajasthan. We werden opgewacht door onze hotel
pick-up (service van het hotel). Erg netjes en nodig. Gezien je in grote steden direct overspoeld wordt door vervelende mannetjes met rickshaws die je naar plekken brengen waar je niet om gevraagd
hebt om zelf commisssie te krijgen. De rickshaw driver die bij het hotel hoorde was een hele lieve man. Rafik. Hij maakte ons aan het lachen. Het ritje was gratis, wel bood hij zijn telefoonnummer
aan. Als wij een tour wilde door de stad zou hij ons rondrijden en hij beloofde dat het ons aan niets zou ontbreken. Hij had ervaring en deed dit immers al jaren. Ons hotel Vinayak was een waar
paradijs. Een prachtig hotel (met €5 p.p spotgoedkoop voor de kwaliteit). Deze mensen begrepen het. Schone, leuk ingerichte kamers, prachtige muurschilderingen, warm water en ontzettend vriendelijk
personeel. Na een lange douche werd ons diner geserveerd op het dakterras. Isch en ik keken elkaar lachend aan. Dit alles was meer dan welkom na onze reis. Na een rustdag die afgesloten werd met
een heerlijke Ayuverdische masage besloten we Rafik te bellen.
De volgende ochtend stond Rafik voor ons hotel. Je weet in India nooit of je iemand op zijn woord kan vertrouwen. Dat is hier de valkuil. Het verschil tussen een oprecht iemand en iemand je een oor
probeert aan te naaien is lastig te zien. Maar Isch en ik hadden een goed gevoel bij Rafi. Hij leek zo oprecht. Achteraf gezien de beste keus die we hadden kunnen maken. Voor we begonnen legde hij
uit wat we allemaal gingen doen. In 1 dag alle top-sights. Precies zoals we wensten.Hij bracht ons naar alle mooie plekken. Een uitkijkpunt over Jaipur - de roze stad. Het adembenemende City Palace
(het paleis van de Maharaja die tevens in een niet toegangelijk stuk nog steeds zelf woont). We bekeken de binnenplaatsen, architectuur, kleding en wapencollecties. Je kan veel zeggen maar die
Maharaja's hadden zeker smaak en gevoel voor schoonheid. Na nog wat top-sights hebben we het Amber Fort bezocht. De trots van Jaipur. Van de buitenkant prachtig, maar van binnen wat
telleurstellend. Al met al was een super leuke dag alles dankzij Rafik. Hij had zo nu en dan zelfs een leuke anekdote te vertellen. Hij wist veel en gaf antwoord op onze vragen. Ik ben blij dat
ondanks onze alertheid om opgelicht te worden we toch Rafik gebeld hebben. Wij zelf hadden niet zo veel kunnen zien op 1 dag. We hebben Rafik ons laten gidsen en hij heeft ons al het moois van deze
stad laten zien- én! de zonnige kant van het beroep van Rickshaw chauffeur. Hij zei dat hij hoopte de reputatie van de chauffeurs te kunnen veranderen. Dat is hem zeker gelukt. :-)
India is een prachtig land. Met prachtige gebouwen en natuur. Met indrukwekkende steden. Lieve en gastvrije mensen die zonder er iets voor terug te willen je helpen, hun eten en tijd met je delen.
Maar Indiais geen rozengeur en manenschijn.Het is ook een zwaar vervuild en chaotisch land. Het juiste perron vinden vanwaar je trein vertrekt kan al een opgave zijn. Er is armoede, bedelende
kindjes en bedelaars vind je overal. De kloof tussen arm en rijk is immens. Het is een land dat ontzettend veel energie van je vraagt. Op het moment zelf merk je dat nog niet eens. Maar 's avonds
in bed of op een ingeplande rustdag merk je dat je soms toch best wel moe bent. Vol van prikkels en indrukken van al die dingen die je ziet. Isch en ik hebben afwisselend wel eens een dipje.
Gestoord word je soms van al die verkopers, kindjes en mensen die (vaak goed bedoeld) even wat aandacht van je willen. Soms wil je gewoon even rust. Maar tegelijkertijd geniet ik van elke minuut en
ik had nog geen seconde willen missen. Want zelfs van de mindere ervaring leer ik. Die momenten zetten mij aan het denken. Als ik nu denk aan Amsterdam. De orde, de rust, schone straten, treinen
die optijd rijden (een half uurtje te laat valt niet eens meer onder vertraging), de korte afstanden, mensen die je met rust laten, mensen die vertrouwd zijn, weten welke kant je op moet. Allemaal
dingen die ik niet meer zo vanzelfsprekend vind na mijn ervaringen in dit land. India is inderdaad.. Incredible.
(Voor foto's bij dit verhaal drukHIER).
Dikke knuffel,
Dasha
Don't Worry be Hampi
Aurangabad - Mijn laatste blog is alweer een tijdje terug. Na een week de bergen in Munnar was het tijd voor een volgende stap. Ik heb genoten van alles wat wij daar gedaan hebben. Zondagochtend (29 januari) 05.30 staan Ralph, Lot, Isch en ik bij de halte te wachten op de bus die Ischa en ik zullen nemen naar Kochi. In de ochtendglore drinken wij ons laatste Chai in India met zijn vieren (wat onjuist bleek te zijn, maar daarover zo meer). Daarna hebben wij met een dikke knuffel afscheid genomen van Lot en Ralph. Zij zouden dezelfde dag vertrekken naar Tamil Nadu. Enerzijds spannend om er weer met Isch alleen opuit te trekken. Anderzijds jammer, omdat we een te gekke tijd gehad hebben met zijn vieren, super leuke dingen hebben ondernomen en bovenal veel gekletst en gelachen hebben. Maar het was tijd 'for the next move'. Eerst 4,5uur met de bus naar Kochi, om daar over te stappen op een private bus naar Goa (18 uur).
De private bus van Paulo Travels vertrok vanaf volgens de internetsite vanaf het station Vitella Junction in Kochi. Na een voorspoedige reis vanuit Munnar komen we aan op het moderne busstation. Nu nog de office vinden om de tickets te betalen en op te halen. De enige manier in India om iets te weten te komen is rondvragen (want reken niet op overzichtelijke borden en ook de Lonely Planet gids klopt niet altijd). Dat viel tegen. Bijna niemand sprak engels. De mensen die ons wel leken te begrijpen stuurde ons van het kastje naar de muur. Het was 11.00, oze bus vetrok om 13.00 - hier ergens in de buurt. Twee uur speling leek genoeg, maar langzaam begon ik hem te knijpen. Goed, rondvragen hielp niet. We besloten te bellen. Toen bij overmaat van ramp bleek dat - precies nu - onze simkaart afgesloten was begon (zelfs bij Ischa!) de paniek toe te slaan. We stonden in een inmens grote stad, zonder telefoon, met de tijdsdruk van een bus die over vertrok. Wetende dat de eerst volgende naar Goa 2 dagen later pas vertrok. We hadden geen idee waar we heen moesten. Internet cafés niet in de buurt. Wat nu? We spraken als laatste redmiddel een politie aan die - natuurlijk - geen Engels sprak. Hij begreep totaal niet wat we wilden, wel mochten we zijn mobiel lenen. We kregen een Indiër van Paulo Travels aan de lijn die onverstaanbaar Engels sprak. Na de zoveelste keer vragen om: 'please sir, can you repeat?' en 'sir, can you speak more slow?' bleek het een onbegonnen zaak. Nog een uurtje te gaan en de moed zonk ons in de schoenen. Uit frustratie gaven we de mobiel aan de politie terug die sprak met de man van Paulo Travels, we hadden geen idee wat ze besproken. Na het gesprek zette de politieagent ons met backpack en al in een rickshaw. Hij sprak met de chauffeur. Isch en ik elkaar hopeloos aankijkend. Even later reden we door Kochi, niet wetende waarheen (de chauffeur sprak ook geen Engels). Wat een chaos. Maar een paar minuutjes later doemde daar in de verte - tot onze vreugde - een bord op met: Paulo Travels. We waren bij het kantoor en op tijd voor de bus. Alles kwam goed, precies zoals mensen die ooit gepackpackt hebben altijd beloven. Op het moment dat je het allemaal even niet meer weet, valt alles op z'n plek. Zo nu dus ook! En met een reis van 18 uur voor de boeg, waren wij allang blij dat wij eindelijk in de bus zaten. :-)
Goa, Palolem Beach (zon 30 jan tm za 4 feb) - Palolem Beach is mooi - en (helaas) de costa brava voor de Engelsen. Boven al een heerlijk strand en een relaxte sfeer. Het is ons gelukt! Goa is niet meer wat het geweest is. De stiekeme rave parties zijn soms nog te vinden rond de feestdagen.. Verder gaat het er rustig aan toe. Weinig hippies, sluitingstijd 11.00. Maar! We hadden een eigen strandhutje met sea sight. Goa stond in het teken van relaxen en genieten van het strand en de omgeving. We hebben een dag een scooter gehuurd en hebben wat rondgereden. Op een scooter op een lege weg door een prachtig landschap voel je je vrij en een echte reiziger! De andere dagen hebben we de steden Old Goa (bekend om vele oude kerken ) en Panaji (een mooie stad, waarbij je het lijkt alsof je je in oud Porturgal waant) bezocht. Initieel hadden we vier dagen uitgetrokken voor Goa. Donderdag zouden we vertrekken. Isch pleitte voor ietsje langer. De drang om weer verder te gaan - te bang om iets tijd te kort te hebben - werder meer en meer. We boeken toch maar de bus naar Hampi voor zaterdagavond. Twee dagen later dan gepland. Het kost mij wat moeite om mij daar bij neer te leggen, maar eenmaal over dat punt heen bedacht ik dat die angst tijd te kort te hebben onzin is. Ik heb mij allang neergelegd dat we nooit alles kunnen zien in zo een inmens groot land. De tweede maand in India zal ons reistempo veel hoger liggen. Daarbij blijkt het Noorden veel heftiger te zijn qua drukte en opdrigerige mesnen. Vandaar goed dat we het laatste weekje nog best een beetje rustig aan konden doen.
Hampi (zat 4 feb tm vrij 10 feb) - Onze eerste sleeperbuservaring was naar Hampi. Onze halte was een tussenstop. Het was 22.00. Ischa en ik stonden samen met Marc (een Oostenrijker, wonend in Australie) bij een oud uitziende bushalte te wachten. Daar was de bus. Het begon al 'goed' toen een vrij opgefokte busmedewerker ons opjaagde op te schieten. Toen wij meeliepen met de man om onze bagage in te laten beviel hij ons 50 ruppee te betalen. Wat? Oplichter! 'No, we don't pay', zei ik nog. Na wat discussie, bleef de man volhouden. We wisten dat hij ons dit onterecht door de strot duwde maar konden niets. Het was donker, we stonden met de bus op een achterafje, niemand die het zag. We moesten wel toegeven, die bagage moest toch mee. Ach ja, dit is ook India. Het gaat om 70 eurocent, maar toch voel je je even machteloos.
In Hampi aangekomen zoeken Ischa en ik het bootje naar de andere kant van de rivier. Op aanraden van velen bleek dat 'the place to be'. Hampi is fantastisch. Misschien wel de relaxte plek waar we tot nu toe geweest zijn. De stad is gebouwd om een heilige Hindu plek temidden van ontelbaar veel oude Hindu Tempels en Ruïnes omringd door een bizar landschap. De natuur is onbeschrijflijk. Overal waar je kijkt bruine stenen - van klein tot gigantisch - opgestapeld tot grote heuvels en bergen. Het bruin steekt af tot de strak heldere blauwe lucht. Behalve de bergen vind je hier vele felgroene rijsvelden en palmbossen. De omgeving is werkelijk adembenemend, nog nooit had ik zo iets gezien. Heel surrealistisch, het leek net een filmset of een themaparkdecor. Het deel aan de andere kant van de rivier van Hampi is backpackersheaven. We verbleven in een appeltjes-groene cottage hut bij Nargila guesthouse. Ze hebben een lounge-gedeelte met relaxte muziek en kussens waar je - als je wilt - de hele dag kan slijten. We hebben de prachtige natuur verkend per brommer vergezeld door Marc (die wij leerde kennen in de bus vanuit Goa) en hebben de berg beklommen waar de 'Monkey Temple' staat. De tempel zelf was niets boeiend, maar de plek is voor de Hindu's erg heilig (volgens de geschriften is deze berg de geboorteplek van hun Apengod Hanuman, één van de bekendste goden van de Hindu's). De 570 treden van de trap naar de top (met 37 graden celcius) beklommen is (los van de complete uitputting) het uitzicht betoverend! Andere dagen hebben Isch en ik nog andere tempels bezichtigd, genoten van de mooie zonsondergangen en nog meer van de omliggende natuur en dorpjes verkend. Daarnaast hebben wij onze reis verdergepland en treinen geboekt.
We hadden regelmatig contact gehad met Lot en Ralph. Hampi zou in hun reisschema misschien niet meer passen, ook al wilden zij nog wel graag. Met onze aanbeveling (met uitroepteken) en nog tijd over besloten zij onverwacht toch nog naar Hampi te gaan. Donderdagavond zouden zij arriveren. Vrijdag zouden wij weg gaan. Dus we hadden nog 24-uur van gezelligheid voor de boeg. Echt een verrassing. Er was één addertje onder het gras. Om 18.00 ging het laatste bootje vanaf Hampi-stad naar onze kant van de rivier. We vroegen wat rond - illegale bootjes bleken te regelen zijn. We instrueerden hen hierover. Om 20.00 belden Lot en Ralph ten einde raad dat er geen bootjes waren. We besloten zelf een kijkje te nemen bij de rivier. Ik riep naar de overkant. 'Yo! We zijn hier', hoorde ik Ralph. Dat was rot, wetende dat zij aan de andere kant van de rivier waren en dat dit ons laatste avondje samen zou kunnen zijn. Aan hun kant geen boot. Aan onze kant vonden we al snel drie jongens die hen wel tegen betaling wilde vervoeren. Na wat onderhandeling sloten wij een dealtje voor een redelijke prijs. ''Part of this we have to give to the police'', zei de bootjongen. Zo corrupt is de politie hier. Geef wat ruppees en ze laten je met rust. De politie weet van het illegale bootje, doet er niets tegen, maar wilt er wel van meeprofiteren. Voor de overvaart werd niet de reguliere motorboot gebruikt, maar een grote ronde boot die leek op een mand gemaakt van palm of riet. Met peddel in de hand vertrokken de bootjongens. Het was hilarisch. In het maanlicht zagen Ischa en ik onze vrienden in een illegaal bootje in onze richting opdrijven. Niet veel later werden wij voor de 2e keer in India met Ralph en Lot verendigd. Na een heerlijk diner hebben wij Quarters Rum-Cola en biertjes gedronken in Tippi (de enige plek die open is na 11.00). Een classic hangout, vol met hippies, alternatievelingen, backpackers. Compleet met jam-sessies (inclusief djembé's en digeridou's) en veel gezelligheid hebben wij hier onze tijdelijke vereniging tot in de vroege uurtjes gevierd. Het was zo een plek als je je voorstelt bij India en de alternatieve packpackers die hier zouden rondtrekken. Toch was het zowel voor ons als Lot en Ralph de eerste plek waar we het op deze manier aantroffen. Normaal is er in een stad niet eens een bar of terras te vinden. Hampi is anders. 'Don't Worry be Hampi' luidt het lokale spreekwoord hier. Heel toepasselijk.
Het was super om nog één laatste bonus-avond en dag te hebben gehad met Ralph en Lot. Maar onze tijd was hier om, het was tijd om noordelijker te gaan. Er stond ons een treinreis te wachten richting Aurangabad, welke al met al 36 uur heeft geduurd. Dit was tevens onze eerste Sleeper Train ervaring. We hebben het gered, we zijn aangekomen en onderweg heel wat ervaringen rijker geworden. In mijn volgende Blog daarover meer. Het is alweer een lang genoeg verhaal geweest :-). Succes met de kou, geniet van de Koek en Snert (en hopelijk van de aankomende elf stedentocht). Als ik hier puffend rondloop met 38 graden, ben ik soms heel even - slechts een fractie van een seconde - een beetje jaloers. En wens ik dat ik heel even kan rondschaatsen op de amsterdamse grachten.
Liefs, Dasha
P.s - Excuus voor de nog steeds missende foto's. Die staan allemal op Ischa's camera (ik film zelf). We hebben zelden een internetverbinding die snel genoeg is om ze allemaal te uploaden. Check Ischa's blog (ischa.reismee.nl) als je wat foto's wilt zien.
Het Gouden Lot (uit de loterij van Munnar)
Lieve allemaal,
Wij zijn nu precies 3 weken en 1 dag in India. Momenteel zit ik met uitzicht op zee op de veranda van onze coconut hut op Palolem Beach in Goa. (Ja, het backpackersleven is zwaar ;-)We hebben de staat Kerala en de bergen van Munnar achter ons gelaten. Het gaat goed met mij en ik heb het ontzettend naar mijn zin. Tot mijn verbazing zijn we nog niet ziek geweest en eigenlijk hebben wij alleen maar leuke dingen meegemaakt. Er is inmiddels zo veel gebeurd. Te veel om alles in detail te beschrijven. Daarom nu enkele hoogte punten van dingen die mij goed zjin bijgebleven. BTW: ruk op de gemarkeerde woorden voor extra info!
(Fort) Cochin- Een leuke stad met zeer veel Europese invloeden. We hebben daar onder andere Jew-street, the Dutch Palace en een Nederlandse begraafplaats bezocht. Bizar om te zien hoe de kolonisatie van de Portugezen, Nederlanders en Britten hun sporen hebben achter gelaten. Het was best vreemd in een tropisch land op een begraafplaats te lopen waar Nederlanders begraven zijn. Fort Cochi bestaat uit breed opgezette straten met aan weerszijde hoge bomen en veel huizen in Portugese bouwstijl. Soms voelde het alsof ik in Europa was (tot er een hardtoeterende rickshaw langs komt gescheurd en je struikeld over de Indiase eettentjes). Het oude gedeelte van de stad was erg gemoedelijk. Een hoogtepunt was onze missie: vis ;-). Langs de kust van Cochin staanChinese Vissersnetten(mega grote netten, die met een hefboom constructie omhoog worden gehaald). Aan het water grenzen meerdere viskraampjes waar je 'the catch of the day' kan kopen. Naast de visverkopers staan restaurant medewerkers die tegen betaling de vis klaarmaken in hun restaurant. Tonijn. Daar hadden wij zin in! Na wat over en weer gehandel kopen we een tonijn van 2.5 kilo en hebben we een deal met het restaurant waar ze de vis voor ons klaar maken. Blij loopt Ralph met een plastic tasje met een hele tonijn in de hand voor mij uit. We zien hoe de vis voor ons gegrild wordt en niet veel later genieten wij van gigantische moten vis. De volgende dag, in het nieuwe gedeelte van de stad genaamd Ernakulam, viel tegen. Er was niet veel boeiends te beleven, maar goed ook die dagen horen er bij. En met zijn vieren maakten wij er toch wel wat gezelligs van. Na drie dagen Cochin hebben wij onze eerste lokale bus genomen naar de bergen, richting de stad Munnar. Haarspeldbochten, veel getoeter, geslinger, gevaarlijke inhaalslagen van onze buschauffeur achter ons gelaten arriveren wij in de bergen.
Munnar- Ik kan mijn ogen niet geloven. De bergen (Cardamon Hills behorend bij de Whestern Ghats van Ketala) zijn adembenemend mooi.
De bergen en heuvels zijn bedekt met ver uitgestrektegroene theeplantages die mooie patronen vormen. Hier en daar zien wij een waterval. Munnar heeft een goede vibe. Het blijft een Indiase stad, toch heerst er een bepaalde rust.
We zijn inmiddels ca. 1500 m gestegen wat een heerlijke koele ('s avonds zelfs frisse) temperatuur met zich meebrengt. We zullen hier een week verblijven en fantastische trips maken. Zo hebben we
hier bijvoorbeeld een Sun Rise trekking gedaan en overnacht in een boombut in een Wild Life park. Ik ga deze verder niet in detail beschrijven. Isch heeft er een leuk stukje over geschreven
(drukhiervoor Ischa's blog). Ik wil mijn hoogtepunt uit Munnar graag met jullie delen.
Het begint op zaterdag 21 januari. We regelen een fijne vierpersoonskamer. De kamer heeft TV (iets wat Ralph en Lot met drie maanden reizen inmiddels erg kunnen waarderen). Morgen om 13.00 komt de film Finding Nemo op de televisie. Een middagje bankhangen de volgende dag klinkt prima. Dit plan was het begin van een perfect voorbeeld hoe anders dan gepland een dag kan lopen...
De volgende dag (zondag 22 jan) gaan we het stadje verkennen. Ralph en ik komen een Australiër tegen die ons tipt over een yogaleraar die lessen geeft. Dat lijkt ons wel wat. De yogaleraar is
tevens de manager van een hotel. Nadat we de man gesproken hebben blijkt hij, jammer maar helaas, de volgende dag te vertrekken naar een Ashram. Hij is vrijdag terrug.
11.30 (lokale tijd) - Ralph en ik vinden een nieuwe homestay en besluiten dat we beter kunnen verplaatsen van ons huidige hotel naar een andere homestay (die er iets relaxter uitziet en ook goedkoper is). Ralph en ik plukken Lot en Ischa uit het internetcafé.
11.45 - Opweg naar ons hotel om uit te checken en te pakken komen we dezelfde yogaleraar tegen van eerder. We begroeten hem vrolijk en zeggen dat als wij vrijdag wel langskomen voor een lesje. De man staat stil en vraagt totaal out of the blue of wij misschien zin hemmen om naar zijn dorp (45 min verderop) te komen. Er is een christelijke festival die dag en als wij willen kunnen wij bij hem thuis slapen. Huh wat? Nog voor ik kan na denken zijn Lot & Ralph razend enthousiast. Het is een vrij vaag verhaal. Ik ben een beetje overdonderd door de uitnodiging. Onduidelijk waar we precies ja tegen hebben stemmen we in. We hadden toch nog geen grote plannen voor die dag.
12.30 - Met een klein rugzakje op de rug zitten we samen met de yogaleraar (waar van wij inmiddels weten dat hij Benoy heet) in een jeep opweg naar zijn dorp Thokkupara.. Onze backpacks konen wij in Munnar achterlaten in het hotel van Benoy. En dan te bedenken dat over een half uur eigenlijk Finding Nemo zou beginnen.... Binnen 1 uur kan er veel veranderen!
Thokkupara - Het was echt spannend. We hadden werkelijk geen idee wat ons te wachten stond. We zijn zijn vieren, dus veel kan er niet gebeuren. Benoy leek mij erg aanrdig en
intuitief had ik het gevoel dat het oké was.
Over Benoy: Hij is 30 jaar. Yogaleraar, hotelmanager en heeft een heel grappig hoog lachje. Hij is Christelijk. Zijn stem is zacht, bijna verlegen en hij glimlacht heel veel. Hij houdt van zingen en dat doet hij dan ook de hele dag. Hij is een spiritueel persoon en kan met passie vertellen over yoga en meditatie. Later die week volgen wij een lesje bij hem. Hij heeft geen vrouw of kinderen. Zoals wij hem hebben leren kennen is het een heel oprecht, lief en vriendelijk mens. :-)
Na 45 min staan wij in Thokkupara, een klein bergdorp. Geen tourist te bekennen. Via een klein landweggetje staan wij voor het vrolijk turqoise gekleurde huisje van Benoy. Voor de eerste keer stap
ik een Indiaas huis in. Zo een huisje waar van ik er al honderden heb gezien vanuit de bus. Behalve Benoy blijkt zijn halve familie ook in dit huisje te wonen. (zijn oudste broer + vrouw + twee
kinderen, zijn middelste broer + zwangere vrouw, 'auntie' - zeer waarschijnlijk zus van zijn overleden moeder en 'opa' - de vader van Benoy - een ontzettend lieve Indiase man). Het huisje bestaat
uit een voorkamer- waar de tv staat, een eetkamer, drie slaapkamertjes, badkamertje en een keuken met een authentieke houtfornuis. Gelijk worden wij met zijn vieren aan tafel gezet en binnen
no-time staat er schalen zoetigheden + rijst en curry op tafel. (De rest van de familie eet niet mee). Een mix van gevoel van opgelatenheid, dankbaarheid, verrassing en verwarring begruipt mij.
Benoy neemt onaangekondigs vier wildvreemden mee naar zijn huis (wat de familie zelf doodgewoon lijkt te vinden) en voorziet deze vreemden vervolgens van uitgebreide lunch. Benoy komt zelfs vragen
of wij meer willen. Ik snap er helemaal niets van.
Is dit normaal? Is dit oprecht Indiase gastvrijheid? Is het een truuc om straks stiekem onze bezittingen te stelen? Ik check stiekem, deels onbewust, waar mijn tas met paspoort staat... Tijdens het
eten bespreken wij met zijn vieren deze bizarre situatie. Wij komen uit het land van ''één koekje bij de koffie' en 'nooit opendoen voor vreemden'. Dit alles staat compleet haaks op wat wij nu
meemaken. Het lijkt allemaal zo oprecht en dat is waarschijnlijk ook zo. Toch brengt het mij in verwarring. Helpen bij het afruimen is tevens een no-go. 'Auntie' trekt direct de borden uit onze
handen. Niemand van de familie, op Benoy na, spreekt Engels. Lachen en vriendelijk knikken is dus ons enigencommunicatiemiddel.
Na het eten zien wij toe hoe 'opa' en Benoy wat vruchten uit de bomen schudden. . Wij krijgen de vruchten en kijken elkaar wat naïef aan, omdat we geen van allen een idee hebben wat het precies is
en hoe we het open moeten krijgen. (In de Albert Heijn is het vaak al gesneden en staat er op het pakje wat er in zit ;-). Na proeven blijkt het een cocaovrucht en verse nootmuskaat te zijn. Benoy
stelt voor een stukje te gaan lopen in de omgeving. Na een paar minuutjes doemt een kleine schuur op in de verte. Of we zin hebben in 'Toddy'- een lokaal drankje. De schuur blijkt de buurtkroeg. Het is 14.30 en de tent is gevuld met mannen aan tafeltjes. Allen met grote flessen, troebel, witte drank voorzich. Er wordt
gepraat, gelald en meegezongen met wat Bollywoodnummers die langskomen op de televisie die binnenstaat. Zodra zij ons zien worden wij hartelijk onthaald. We krijgen twee bankjes en een tafel met
daarop drie flessen 'Toddy' in de tuin van de 'kroeg'. 20meter verderop in de tuin ligt een man te 'slapen'. 'Too much Toddy', aldus Benoy. Toddy is een drank die gewonnen wordt uit- jawel, de
Toddy boom. Het blijkt het pure sap van een boom te zijn, omdat de drank gedurende dag staat gist het, waardoor het een laag percentage alcohol bevat. Het smaakt als kokossap met een wat gistig
smaakje. Totaal nieuw, maar zeker niet onsmakelijk. We kletsen wat, drinken Toddy, worden zo nu en dan vergezeld door dronken locals die graag onze hand willen schudden (Sommige zijn door hun
dronkenbui wat lastig, maar worden dan snel weggetrokken door een (iets minder) dronken vriend), we lachen om de bizarre situatie waar in we vandaag terecht zijn gekomen. Dit is echt TE GEK!
Dichter bij het leven van een Indiër kom je bijna niet.
Na enkele flessen Toddy (nee het was niet zo sterk, die 'slapende man' moet zeker 8 flessen soldaat hebben gemaakt volgens Benoy) begeven wij ons naar het plaatselijke kindertehuis. Waar we spelen
met de kinderen en hen hink-stap-sprong leren. De volgende dat zijn wij terug gegaan om wat snoep te brengen. Hierna lopen we naar de kerk waar het festival plaatsvindt (een viering ter ere van de
Heilige St. Sebastien) plaatsvindt. We zijn getuigen van een kerkdienst in een setting die compleet anders is van de kerken die ik ooit in mijn leven gezien heb. (Lees: De meest kitchse kerk ever.
Roze, oranje, paarse pastelkleuren, een altaar met knipperende ledlichtjes, een priester die door een speaker knalt met een volumeniveau'tje van 150, niet te spreken over de muziekband die klinkt
als een slechte karaokebegeleiding, met aan de voet van de kerk een inmens groot wit beeld van Maria en Jezus temidden van een grote fontijn). Al met al impressive. En mooi om de toeweiding van
deze mensen te zien, die allemaal samenkomen voor deze viering. We worden als buitenlanders ook nog eens uitgenodigd door een priester voor een Chai thee en de nonnen serveren ons bananen chips. Na
de dienst aanschouwen wij de processie door het dorp. Kinderen dragen kaarsen, volwassenen dragen beelden van heiligen, parasollen en dit alles begeleid door een drumband. Het is prachtig om te
zien. Mijn eerste Indiase festival (ze zijn er dol op!) Na de dienst keren wij terug naar ons 'thuis' voor de avond.
Na een weer heerlijk klaargemaakt diner worden we door Benoy achter het huis op een trap in de tuin uitgenodigd voor een glaasje Brandy met water. Ralph, Ischa, Lot, Benoy en ik kletsen over van
alles en nog wat. Die avond slapen wij in een mini-kamertje met zijn vieren in een 2,5-persoons bed ;-). Erg gezellig (na wat rekenen besef ik mij dat de hele familie ook met veel personen in 1
klein kamertje moet slapen). In bed denk ik er aan hoe verschillend mijn wereld is met die van Benoy. Alles wat ik hoor, proef, ruik en zie vergelijk ik automatisch met wat ik ken. Zo lijkt India
soms net een vreemde planeet. Hoe ik alles gewassen, verpakt en geschild koop in de winkel, zo schud je hier het eten zo uit de boom. Het is bijna beschamend om er achter te komen hoe ik de
herkomst cacao en nootmuskaat, zonder de winkelverpakking niet eens herken. De wat sobere kerken die ik ken uit Nederland, zijn compleet verschillend met de (in mijn ogen) kitsch-achtige kerken die
hier staan. Al die gekleurde bombarie ben ik niet gewend. Zoals een gemiddelde Nederlands kind geleerd wordt dat je geen vreemde mee naar huis neemt, zo lijkt het hier doodnormaal om een stel
wildvreemde buitenlanders thuis uittenodigen voor het eten en hen zelf een bed aan te bieden. Van deze verschillen begin ik mij meer en meer bewust te worden. Maar als wij Benoy probeerde uit te
leggen dat wij geen fruitbomen in de tuinhebben, wij alleen 'love-marriages (en geen gearrangeerde huwelijken) kennen en veel mensen geen religie aanhangen lees je de verbazing in zijn ogen. Benoy
wilt ook reizen zegt hij: Naar Delhi.... Als wij uitleggen dat ons geld hier zo veel waard is reageert Benoy in gebroken engels: 'Oh (*stilte), so to travel so far, to your we have to earn more
money here in India'... Tsja, wat moet je daar op zeggen? Het zet mij aan het denken.
Ik kan naar India om met mijn eigen ogen het land te zien en mij tegelijker tijd te verbazen over de verschillen met wat ken van thuis. Het is erg onwaarschijnlijk dat iemand als Benoy andersom
ooit de kans krijgt om naar Europa te komen en heeft daarnaast nooit echt geleerd heeft hoe wij daar leven. Ik denk dat ons uitnodigen en met ons praten (wat hij met andere reizigers al eens vaker
heeft gedaan) misschien zijn manier is om meer van de wereld te leren. Benoy's uitnodiging was zeker een gouden lot uit de loterij. Hij mij nogmaals doen beseffen wat een voorrecht het is om zo een
mooie reis te maken. Ik ben erg dankbaar voor deze te gekke ervaring en ik weet nu dat het zeker tot één van mijn hoogte punten van mijn reis zal behoren.
Heel veel liefs en een dikke kus
P.S: we gaan nu lekker eten aan het strand! De bijbehorende foto's volgen morgen! De meeste foto's kunnen jullie al zien op Ischa's blog (ischa.reismee.nl), omdat ik vooral Video maak en ischa fotografeerd zullen het voornamelijk foto's van Ischa's toestel zijn.
Water, water en nog eens water
Varkala (ma 9 jan t/m vrij 13 jan) - De dagen in Varkala, het idylische strandplaatsje zijn voorbij gevlogen. Het was er heerlijk, een perfecte plek om tot rust te komen. We dagen bestonden voornamelijk uit strand, lekker eten en gezellige avondjes met twee Italianen uit ons hostel (Danielo en Frederiqo). Ons plan was tot donderdag te blijven in Shiva Garden. Alleen op woensdag hadden we contact met Ralph, een vriend die ik nog ken van mijn middelbare school en zijn vriendin Lot. Zij hebben inmiddels al een maand Nepal en ruim 1.5 maand Noord-India achter de rug. Ze hadden een trein gepland richting het zuiden en ze hadden totaal 4 dagen nodig om richting onze kant in het Zuiden te komen. Ze hadden zin om ons en Kerala te zien en wij ook dus dat kwam goed uit! Anders dan volgens plan bleven wij één extra nacht in Shiva Garden. Alleen alles was vol, Jayan van het hotel bood ons aan in een tentje te slapen op het dak tegen een zeer laag bedrag. Dat klonk best romantisch kamperen op het dak van een hotel in Varkala voor 200 ruppee samen (ca € 2,50 pp)! Dat was een ietwat overmoedige gedachte geweest. Een benauwd mini tentje, zonder buitentent zonder beddengoed of matrasje stond ons te wachten. Na twee keer vragen kregen we twee lakentjes en eenn rieten strandmatje om op te slapen. Na een verschrikkelijke nacht van draaien en wakker liggen stonden Isch en ik op. Ons budget kon meer aan dan dit soort primitieve praktijken, maar ach... Een ervaring en beurse billen rijker zeg maar. Varkala was 'relaxing' en 'arriving' een perfecte locatie voor een luier vakantie. Authentiek India was het met de vele touristen niet te noemen. Mijn kriebels om wat meer te gaan ondernemen waren gedurende de dagen groter en groter geworden. Zeer benieuwd naar een nieuwe grote Indiaase stad vertrokken wij met de trein naar Kollam.
Kollam (vrij 13 jan tm zon 15 jan) - Twee westerse backpackers temidden van de vele Indiërs zwaaien ons enthousiast tegemoed voor het station van Kollam. Ralph en Lot staat ons vrolijk op te wachten (met een treinreis van 17 uur achter de rug, iets wat voor hen al heel normaal is geworden). Ralph had een lunchtent gespot, waar wij onze goedkoopste Thali (zie vorige blog) bestellen (22 ruppee = 35 cent!). Opzoek naar een hostel zie ik het contract tussen Kollam en Varkala. Varkala rustig, relaxt, touristisch en schoon tegenover Kollam waar het straatbeeld bestaat uit chaos, rickshaws, scooters, bussen, mensen, straatkraampjes, wat bergjes afval en tot mijn verbazing zie ik geen andere touristen. Het is wonderbaarlijk hoe de Indiërs omgaan met hun afval, alles wordt zonder blikken of blozen gedumpt op straat. Vuilnisbakken zijn niet te vinden. We plannen voor zondag via de gouvernement tourist office een dag en nacht op de backwaters. De backwaters worden omschreven als het hoogte punt van Kerala (God's own Country volgens de Indiërs). Het zijn meer dan 900 km aan water kanalan, rivieren in een tropmische omgeving die tussen het land en zee inliggen. We plannen voor 's morgens met zijn vieren een 3 uur durende kano tour + gids die ons de kleinere wateren zal laten zien. Aan het einde van de dag rond 17.00 zouden wij inchecken op onze prive house boat (drijvende slaapboot in Keralaanse stijl) om een nacht te verlbijven op de groot uitgestrekte meren en wateren van de backwaters. Om onze vereniging te beklinken zoeken wij 's avonds naar een bar. En in Indiase steden die zijn schaars. We vinden één bar, bij binnenkomst is de sfeer wat grimmig (lees: een donkere grote ruimte met een bar, plakkerige houten tafels, een luid blazende gigantische fan, wat neonlicht en de gasten zijn uitsluitend mannen.) Volgens mij is drinkenn geen sociale bezigheid hier, want veel mannen zitten alleen. We hebben genoeg gespreksstof en vergeten de bar om ons heen. Als ik naar het toilet moet (verscholen achter een gordijn) kom ik terecht in een erg ranzige ruimte met 2 dronken Indiërs, een verdacht plasje 'iets' op de grond en 1 urinoir. Goed, plassen wordt hier dus lastig. De mannen staren mij aan. Ik slik en loop terug. Een man in de bar houdt mij aan en wijst vriendelijk een hotel om de hoek waar Lot en ik kunnen plassen. Daar tref ik een normaal ranzig toilet aan, papier zelf mee genomen kan ik hier onderhannd mee overweg. Ik ben intussen al vergeten hoe een school toilet er uit ziet. De Indiase bar was een hele ervaring.
Zondag 09.00 haalt een jeep en een bijzonder vriendelijke meneer ons op in het hotel. We worden gedropt bij een brede rivier en worden opgewacht door Raoul, onze 19 jarige gids die opgegroeit is om
Moroe Island, te midden van de backwaters. Na de grote rivier is het tijd voor de kleinere watertjes. De lonely planet liegt niet. Het is fantastisch. Kleine waterjes en kanaaltjes met aan
weerszijde palmbomen en andere tropische planten en vogels. De lichtval door de bomen en de weerspiegeling van de natuur en huisjes in het water is magisch. Raoul (student Political Science aan de
universiteit van Kerala) is een goede gids en kan al onze vragen beantwoorden. Hij vertelt over het dagelijks leven, het vissen, zandscheppen en kweken van garnalen. De backwaters zijn 6 maanden
per jaar gevuld met zoutwater en na het monsoon seizoen met zoetwater, wat vrij uniek is. 3 uur lang geniet ik van de natuur en het schouwspel van locals die in de weer zijn met hun dagelijke
bezigheden (wassen, slapen, vissen, land bewerken, voor de kinderen zorgen). Wij zijn tot onze verbazing weer de enige touristen. Als wij langsvaren groeten de locals vriendelijk en gaan
onverstoord verder met hun dagtaak. Dichterbij het dageljkse leven in de backwaters komen wij als westerlingen niet. Zie de foto's voor een kleine sfeer impressie.
Aan het einde van de dag komt de houseboat ons ophalen. Prachtig bootje met voordek, bovendek, twee slaapkamers een achterdek met keuken en drie bemanningsleden wachten ons op. De kok, kaptein en
hulp lachten ons vriendelijk toe. Wauw, een eigen privé boot voor de komende nacht. We kunnen met deze boot voornamelijk de bredere backwaters ontdekken. Perfect dat wij 's ochtends de achteraf
stroompjes al hebben gezien, want die zjin met de wat grotere house boats onmogelijk te bekijken. Daar zaten we dan met een hapje en een drankje op het bovendek te genieten wat de wijduitgestrekte
wateren en palmbossen te genieten van de zonsondergang die de backwaters paars, oranje en roze kleuren. We kijken naar de vissers in hun kleine bootjes, moeders die de was op hangen en kindjes die
zeer enthousiast (met twee handen!) zwaaien zodra ze de houseboat zien langsvaren. De avond brengt een lach op mijn gezicht. Na een heerlijk diner, genietend van het uitzicht en wat (toevallig)
vuurwerk besef ik mij opeens dat ik gewoon in India zit op een privé boot. Wat een vrij gevoel en een fijn gezelschap. Lot en Ralph (die geschiedenis en religiestudies studeren) weten veel over het
land en de cultuur en hebben al super veel meegemaakt de afgelopen uren. We praten tot we bijna de zon op zien komen... Na 2 uur slaap en het ontbijt zetten we weer voet op Kollam'se bodem. Direct
stappen we met al onze spullen over op de Veerboot naar Allepey (een stad die tevens bekend is om de backwaters) en met een tocht van 8 uur op de backwaterkanalen tussen deze twee steden voor de
boeg val uitgeput in slaap.
Allepey (ma 16 jan) - Allepey is anders dan Kollam, volgens de Lonely Planet dé andere stad naast Kollam voor het ontdekken van de backwaters. Bij aankomst zien wij meteen verschil
met Kollam. Waar wij daar de enige touristen waren, zo zijn wij hier één van de zoveeel. We zien Allepey naderend meer en meer houseboaten op het water, terwijl wij er in Kollam maximaal 2 of 3
anderen hebben gezien. Het was een slimme zet om die backwaters te doen in Kollam, buiten het touristen circus om! We hebben moeiteloos met hulp van de crew op de pont een prachtige guest house
geregeld. Een schone, fijne kamer in een mooie tuin (net ver genoeg zodat je het contante getoeter van het verkeer niet meer prominent aanwezig is). Vandaag hebben we met de fiets de omliggende
straatjes ondekt en het strand bezocht. Vanaf hier gaan we morgen wat verder landinwaarts voor een bezoek aan een Wild Life Reserve Periyar en de theeplantages van Munnar. Ik kan mij voorstellen
dat de magische backwaters een van de hoogte punten van mijn hele reis zullen zijn. Na een week relaxen in Varkala heb ik meer en meer zin in wat actie gekregen.. 'Rustig aan, we hebben geen haast,
we moeten niets' (ik quote hier uiteraard Ischa ;-) is soms een mantra die ik wel 20x tegen mijzelf moet zeggen. Relaxen is af en toe moeilijker dan ik dacht. Maar het lukt mij heel aardig. Ik voel
mij ontspannen en de dankbaarheid dat ik de kans krijg dit prachtige land te ontdekken groeit en groeit. Een week van huis voelt momenteel al minsers 3x zo lang. Nog ruim 5 manden te gaan. Tot nu
toe alles relaxt, als ik Lot en Ralph zo hoor is het Noorden van India wel andere koek. Ik mis jullie wel, vooral als ik iets prachtigs zie. Dan zou ik het graag willen delen met alle lieve mensen
thuis. Ik houd jullie op de hoogte.
Liefs, Dasha
Geleerd de afgelopen dagen:
- Het is moeilijk oprecht vriendelijke locals en locals die je zien als de rijke tourist (en je dus willen afzetten) uit elkaar te houden. Ze lachen namelijk alle twee even vriendelijk.
- Kerala is prachtig en zeer relaxt (in vegelijking met het Noorden als ik Ralph en Lot hun verhalen hoor)
- Toilet Hygiëne is in India een onbekend begrip
- De enige manier om van je afval af te komen is het op straat te gooien. Wat voor mij echt ontzettend vervelend voelt om te doen. Maar zoeken naar een prullenbak is onbegonnen werk.
- The head wiggle (het bewegen van links naar rechts met het hoofd) is iets wat ALLE Indiërs doen. Het betekend: ja, nee en misschien. Juist, erg duidelkijk dus? :s Het is een erg grappige lichaams move. Ik vind het een erg interessant cultuur verschil. Het is daarom soms erg moeilijk af te lezen wat een Indiër bedoelt. Vragen of we naar links moeten en dan de head wiggle als reactie krijgen laat je alsnog met vraagtekens achter. Daarom maar zo min mogelijk gesloten vragen stellen ;-)...
De eerste stapjes...
- Eet altijd met de rechterhand. (De linkerhand is volgens de culluur onrein)
- Neem altijd toiletpapier mee (Locals maken gebruik van een spuitwaterkraantje die naast elk toilet staat, dus geen papier).
- Leven in India is goedkoop! :) (en dan te bedenken dat Varkala vanwege het tourisme en van de 'duurdere' plekken in India is)
- Afdingen is een sport, waar ik nog niet goed in ben. (Jullie weten dat ik nooit sportief ben geweest ;). Maar oefening baart kunst zeggen ze.